De noodzaak voor een data-driven dialoog met alle betrokkenen van de onderwijsinstelling

De wijze waarop hoger onderwijsinstellingen relaties onderhouden met hun toekomstige, huidige en oud-studenten is volop in verandering. Waar de communicatie voorheen vooral reactief was en de marketinguitingen met name ten doen hadden het vooraf gedefinieerde opleidingsaanbod te promoten, zie je dat er nu meer behoefte is aan het voeren van persoonlijke dialogen. Dialogen met potentiële studenten waarin zij bijgestaan worden in het maken van de juiste opleidingskeuze en het articuleren van hun opleidingsvraag, dialogen met zittende studenten om hen te coachen tijdens hun opleiding, dialogen met alumni om hen betrokken te houden, de aansluiting met de beroepspraktijk via hen te borgen en om ze in te kunnen zetten als ambassadeurs van de instelling. Dialogen ook met het bedrijfsleven, met de wetenschappelijke onderzoekspraktijk en met partners, platforms, politiek en andere betrokkenen. Duizenden dialogen die tegelijkertijd gevoerd worden, in meerdere talen en over meerdere onderwerpen via verschillende communicatiekanalen.

Er zijn tal van redenen aan te geven, die de behoefte aan persoonlijke dialogen verklaren. Zo is door de noodzaak tot ‘levenslang ontwikkelen’ het aantal deeltijd en post-bachelor studenten steeds groter. Dat zijn professionals, die het volgen van een studie moeten combineren met allerlei andere bezigheden in het leven, zoals hun baan en hun gezin. Zij vragen om flexibele, modulair-opgebouwde leerroutes en verwachten vrijstellingen te krijgen voor eerder opgedane ervaring.  Om deze leerroutes te definiëren en te blijven toetsen, is een constante dialoog tussen (toekomstig) student en instelling nodig…

En ook is er sprake van een sterk groeiend aantal buitenlandse studenten, die specifieke vragen hebben omtrent huisvesting, beurzen en (recent) bijvoorbeeld de COVID-maatregelen. Ook met deze groep worden honderden dialogen gevoerd… En door de toegenomen concurrentie, onder andere van de online aanbiedende universiteiten uit het buitenland, is de aantoonbare relevantie van het onderwijs belangrijker dan ooit, waarvoor een constante dialoog met het bedrijfsleven en de wetenschap essentieel is.

De schaalgrootte van de meeste WO, HBO en MBO instellingen zorgt er echter voor dat het ondoenlijk is om deze zo noodzakelijke dialoog gesprekken met iedere betrokkene persoonlijk te voeren, en al helemaal niet op het tijdstip en via het communicatiekanaal dat de betrokkene kiest. Het is daarom onvermijdelijk om het voeren van deze dialogen te ondersteunen met geautomatiseerde tooling en voor een groot deel digitaal te laten plaatsvinden.

Moderne marketing  platforms zijn goed in staat de dialoogpartners op basis van hun informatiebehoefte en de interactie die eerder met hen plaatsvond automatisch te segmenteren en hun betrokkenheid inzichtelijk te maken. Zo kan beter bepaald worden aan wie bijvoorbeeld de schaars-beschikbare beltijd besteed wordt. Tevens zijn dergelijke applicaties in staat om de dialogen gedeeltelijk door robots (zoals bijvoorbeeld chatbots) te laten voeren. In mijn visie moet een goede en toekomstbestendige omnichannel tool namelijk niet alleen in staat zijn om makkelijk mooie webformulieren, landing pages en emails te maken, maar moet deze je ook helpen om het voeren van al die duizenden persoonlijke dialogen te structureren en zo efficiënt mogelijk aan te pakken. Daar hoort (op termijn) robotisering bij, maar vooral ook de mogelijkheid om allerlei data van de betrokkenen (en/of van personae met een vergelijkbaar profiel) te analyseren en deze te gebruiken om de dialoog aan te sturen. De integratie van een modern e-marketing platform met het CRM-systeem, waarin al heel veel profiel- en interactie data aanwezig is, is essentieel.

De Impact van GDPR op CRM (3): Laat Je Niet Gek Maken!

Recent zijn veel bedrijven en instellingen zich een hoedje geschrokken toen zij zich realiseerden hoe dichtbij de GDPR compliance deadline van mei 2018 inmiddels is. De Europese wetgeving is immers onverschrokken en de mogelijke gevolgen voor het niet compliant zijn met de nieuwe privacy regels voor het opslaan van persoonsgegevens kunnen aanzienlijk zijn. Meer dan aanzienlijk zelfs: er kunnen boetes opgelegd worden tot € 20 miljoen, of 4% van de bruto jaaromzet! Dat is nogal wat. En als je je als bedrijf dan verdiept in wat je er allemaal voor moet doen om daadwerkelijk aan alle bepalingen van de nieuwe regulering te voldoen, schrik je helemaal. Maar de vraag is of dat echt nodig is.

Ten eerste is het goed om het belang van goede privacy wetgeving nogmaals te onderschrijven. Niemand wil immers dat zijn of haar persoonlijke gegevens voor andere doelen gebruikt worden dan die waarvoor zij zijn verstrekt. En helaas heeft de geschiedenis herhaaldelijk geleerd dat niet goed beschermde persoonsregistratie tot heel wat ergere zaken kan leiden dan een vervelend telefoontje van een marketeer rond etenstijd… Dat de wet er komt en dat individuen zoals u en ik meer rechten krijgen om zelf te bepalen wat er met hun gegevens gebeurt, is op zichzelf dus een goede zaak. En het zich daarvoor inzetten en het actief meewerken aan het privacy-proof maken van de gegevensregistratie straalt positief af op het imago van een bedrijf.

Maar… voor veel bedrijven betekent dat er veel moet gebeuren. Databases en systemen moeten wellicht worden aangepast, processen moeten worden herzien en de wijze waarop gegevens gevraagd en ontsloten worden is mogelijk ook aan verandering onderhavig. Voor dergelijke complexe operaties is tijd nodig; zeker om de zorgvuldigheid te kunnen waarborgen.

De instantie die straks de boetes voor het niet-compliant zijn mag uitkeren, de Autoriteit Persoonsgegevens, zal bij het uitdelen en vaststellen van de hoogte van een boete zeker rekening houden met de intentie van bedrijven die al een verandering/verbetering ten aanzien van de persoonsregistratieprocessen hebben ingezet. En ook zullen zij niet meteen op 1 juni bij alle Nederlandse bedrijven op de stoep staan om de processen door te lichten. Met andere woorden: voldoen aan de wetgeving is belangrijk en draagt ook bij aan het positieve imago van uw organisatie, maar laat u niet gek maken! Stel u op de hoogte van de nieuwe wet- en regelgeving, inventariseer de onderdelen/processen in uw organisatie die hier nu niet aan voldoen, en stel een veranderplan op. En dat plan mag best doorlopen na mei 2018, want dat is gewoon reëel.

CRMHOW.COM helpt Nederlandse bedrijven en instellingen met het opstellen van een GDPR Compliancy Delta Document.

De Impact van GDPR op CRM (2): Datadiefstal Voorkomen

Veel bedrijven zijn volop bezig met het implementeren van maatregelen die er toe moeten leiden dat hun processen en systemen compliant zijn met de General Data Protection Regulation (GDPR). Dit moet ook wel, want als zij per 25 mei 2018 nog niet voldoen aan deze nieuwe Europese wetgeving, lopen zij het risico op flinke boetes.

Eén van de zaken waar hierbij veelal de licht over gedacht wordt, is het uitsluiten van de mogelijkheid dat persoonlijke gegevens uit het CRM systeem worden ontvreemd. Als het gaat om beveiliging ligt de focus immers meestal op het beschermen van het netwerk tegen hackers. Het feit dat ook de eigen medewerkers potentiële gegevensdieven kunnen zijn, wordt vaak over het hoofd gezien. En nog afgezien van het feit dat het voldoen aan de GDPR regelgeving hierdoor onmogelijk is, wordt het medewerkers vaak wel heel erg makkelijk gemaakt om voor zichzelf te beginnen op basis van het door uw bedrijf in jaren zorgvuldig en voor veel geld opgebouwd klantenbestand.

datatheft

Het is dus zaak om alle manieren waarop data uit het CRM systeem benaderd kunnen worden goed onder de loep te nemen. Het alleen instellen van een beveiligingsrol, die bepaalt wie welke gegevens via de user interface van het systeem mag inzien en bewerken, is niet voldoende. Er moet ook gekeken worden naar wie mag printen en wie er gebruik mag maken van de mail merge functies. En wat dacht u van die ene makkelijke knop, waarmee in één keer de hele CRM database in Excel gedumpt kan worden? Of van de opties om via een externe rapportage tool rapporten met CRM data te kunnen genereren? Het zijn allemaal manieren om via de API gegevens uit het CRM systeem te benaderen, en dus ook allemaal zaken die in het kader van de GDPR grondig bezien moeten worden.

CRMHOW.COM helpt bedrijven om te zorgen dat zij GDPR compliant zijn. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met marc@crmhow.com

 

De impact van GDPR op CRM: (1) Het Recht op Vergetelheid en uw Rapportages

Op 25 mei 2018 treedt de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) in werking. Deze verordening vervangt de oude Wet op Bescherming van Persoonsgegevens, en wordt ook vaak aangeduid met de Engelse term General Data Protection Regulation (GDPR).

Helaas beseffen nog maar weinig bedrijven de grote impact die het voldoen aan deze nieuwe verordening heeft op hun processen en systemen. In de komende weken zal ik in deze blog een aantal voorbeelden hiervan nader uitwerken. In deze eerste aflevering belicht ik graag de gevolgen van het ‘Recht op Vergetelheid’ op de omzetrapportages en op de inrichting van de CRM systemen.

De term ‘vergetelheid’ was in de Nederlandse taal al hard op weg om zichzelf eer aan te doen, maar wordt door de AVG nu weer volop in de belangstelling geplaatst. Het behelst hier het recht van een persoon om van een bedrijf/instelling te eisen dat zijn persoonsgegevens uit de administratieve systemen verwijderd worden. En waar er in de oude Wet op de Bescherming Persoonsgegevens nog sprake was van enkele voorwaarden waaraan het verzoek tot verwijdering van gegevens moest voldoen, zijn deze in de nieuwe AVG volledig losgelaten. Dit betekent dat iedereen altijd zonder opgaaf van redenen mag eisen dat zijn gegevens uit de administratieve systemen verwijderd kunnen worden.

delete_button

En wie nu denkt: “Dat is geen probleem, want ik kan in ons CRM systeem met één druk op de knop een persoonsrecord wissen”, vergist zich. Want ten eerste geldt bij de meeste CRM systemen dat die ene druk op de knop weliswaar zorgt dat het record standaard niet meer zichtbaar is; van fysieke verwijdering uit de database is meestal nog geen sprake. De nieuwe regelgeving schrijft het totaal verwijderen van de gegevens echter wel voor.

Mar goed, dit technische probleem valt nog wel relatief simpel op te lossen. Wat echter veel ingewikkelder is, is dat aan het persoonsrecord in de meeste systemen van alles gekoppeld is. Denk aan uitgebrachte offertes, orders, gespreksverslagen, etc. En dus loop je de kans dat je met die ene druk op de knop om het persoonsrecord te verwijderen ook bijvoorbeeld omzetgegevens weggooit, waardoor er geen aansluiting meer bestaat tussen de (historische) omzetrapportages en de onderliggende gegevens. De accountant zal hier niet blij mee zijn. En ook andere rapportages, bijvoorbeeld over de hoeveelheid telefoontjes die uw marketeers gepleegd hebben, zullen niet meer adequaat zijn.

Voor dit probleem zijn diverse oplossingen mogelijk. Zelf ben ik groot voorstander van het anonimiseren van de persoonsrecords binnen het CRM systeem. Deze records, waar zaken als offertes en orders aan gekoppeld zijn, kunnen dan altijd blijven bestaan in het CRM systeem. De AVG/GDPR-gevoelige kenmerken van een persoon worden dan op een apart, gekoppeld record weggeschreven. Deze oplossing biedt ook grote voordelen ten aanzien van het intern kunnen afschermen van AVG/GDPA gevoelige gegevens.

Technisch is de hierboven beschreven oplossing in de meeste grotere CRM systemen relatief eenvoudig te implementeren. Naast het uitvoeren van de benodigde configuratie is een dataconversie van de oude naar de nieuwe inrichting wel noodzakelijk. In veel kleinere of minder flexibele CRM systemen valt de voornoemde oplossing minder goed te implementeren. Dan is een procedurele oplossing vereist.

CRMHOW.COM ondersteunt organisaties met AVG/GDPR compliency issues. Neem voor meer informatie contact op met marc@crmhow.com

 

Bierkroeg-Franchise Met Nieuw Horecaconcept

Onlangs heb ik in Frankrijk kennis gemaakt met een concept voor een biercafé dat ik nog niet kende, maar mij om diverse redenen bijzonder aansprak. Ik heb het over het concept van Au Fut á la Mesure, wat vrij vertaald Beetje Bij Beetje betekent. Het feit dat ik het concept tot nog toe niet kende zegt overigens meer over mij dan over het succes van deze franchiseformule. Zij hebben inmiddels namelijk al 23 vestigingen, in alle grote Franse steden. Laat ik eerst het concept toelichten, dan begrijpt u ook vast meteen waarom ik – als CRM-man – er enthousiast over ben.

De cafés van Au Fut á la Mesure zijn ingericht als typische studentenkroegen. Lange houten tafels, sfeervolle verlichting en jonge mannen met baarden, die je tegenwoordig geloof ik hipsters moet noemen achter de bar. De muziek staat niet te hard en zou zo de Spotify-playlist van een 3FM discjockey kunnen zijn. Wat meteen opvalt, is dat er op heel veel plekken tappunten zijn. Aan het eind van de lange tafels, aan de gasten-zijde van de bar, overal eigenlijk… En boven al deze tappunten staat met krijt op een schoolbord geschreven welk biertje eruit komt. En ook valt op dat naast al deze tappunten een klein computerschermpje staat. En nu is het de bedoeling dat gasten en bierkaart kopen, bijvoorbeeld voor 20 euro. Hiervoor krijgen zij dan voor 22 euro biertjes, die door de gasten zelf getapt mogen worden uit de verschillende bierkranen. Bij het kopen van de bierkaart krijg je ook net zo veel glazen als je wilt. Daarmee loop je naar een tappunt, je legt de bierkaart ervoor op de sensor en je kunt tappen. Op het schermpje naast de kraan kun je meteen zien hoeveel tegoed je nog op je kaart hebt.

Om een aantal redenen vind ik dit concept briljant. Ten eerste is het natuurlijk leuk voor gasten om zelf biertjes te mogen tappen. Zeker als je met een groep bent, is het heel gezellig. Te vergelijken met fondue of gourmetten. Daarnaast tappen de meeste gasten minder efficiënt dan een goed getrainde barman, maar door gebruik te maken van computer gestuurde taps wordt dat ook direct omgezet in een voordeel. De pomp geeft altijd een vaste hoeveelheid. Als je daarvan bier verloren laat gaan, maakt dat voor de kroegbaas niet uit, want het is al betaald, en de gast heeft hooguit sneller zin in een nieuw biertje. Door gebruik te maken met kredietkaarten waar een ‘biertegoed’ op staat, kan niet alleen het verbruik per klant heel goed en makkelijk gemeten worden (welke biertjes doen het wel, welke niet; welke combinaties ban bieren komen bij welke personen voor, etc), maar zal ongetwijfeld ook voorkomen dat niet alle credits omgezet worden in bier, of zal het nog hebben van biertegoed een reden zijn voor klanten om nog eens terug te komen. En tenslotte is er met al die zelf tappende klanten ook minder personeel nodig! Ik denk dat het niet lang zal duren voordat dit of een dergelijk concept ook in Nederland succesvol zal blijken.

CRM Voor Restaurants

Door het grote cognacglas in mijn rechterhand zachtjes heen en weer te schudden, probeer ik de drank erin zo gelijkmatig mogelijk rondjes te laten draaien. Het is een spel waar ik na het eten van een overheerlijke maaltijd niet snel genoeg van  krijg; zeker niet wanneer ik het afwissel met af en toe even ruiken aan de cognac en natuurlijk zo nu en dan een zip.

Frank, de eigenaar van het restaurant waar ik net gegeten heb, ziet mij genieten van de cognac en vraagt lachend: “Heeft mijnheer het naar de zin?”. Uiteraard antwoord ik bevestigend en ik nodig Frank uit om even bij mij aan tafel te komen zitten. Het feit dat ik de enige overgebleven gast was deed mij vermoeden dat hij daar wel even tijd voor zou hebben, en dat bleek ook het geval. “Heb jij het ook naar je zin?”, wil ik weten. We kennen elkaar wat langer, Frank en ik, en dus geeft hij mij direct een eerlijk in plaats van een professioneel-correct antwoord. “Ach, weet je”, begint hij, “vanavond was op zich een goede avond, zeker voor de donderdag, maar het is wel elke avond opnieuw afwachten wat er binnenkomt. Gisteravond hadden we bijvoorbeeld maar 8 gasten over de hele avond, en dat kan natuurlijk niet uit…”.  Ik knik begripvol en wil weten: “Van wat voor gasten moet je het hier hebben? Zijn het vooral toeristen en toevallige passanten, of komen mensen speciaal voor jouw restaurant, of…”. Frank denkt even na en zegt dan aarzelend: “Ik moet eerlijk toegeven dat we dat te weinig weten. Natuurlijk hebben we wel een aantal vaste klanten, zoals jijzelf, die ik goed ken en ook herken zodra ze binnenkomen. Het is gemakkelijk om die zich snel thuis en welkom te laten voelen, door ze bijvoorbeeld direct het zelfde aperitief voor te zetten dat zij vorige keer bestelden, om maar wat te noemen, maar…” Opnieuw laat hij even een nadenkende stilte vallen om dan te vervolgen: “…Maar van de meeste klanten zou ik eerlijk gezegd niet durven zeggen of ze al eerder binnen geweest zijn of niet. We zitten hier natuurlijk niet echt op een toeristische locatie, dus ik vermoed dat de spontane aanloop verwaarloosbaar is. Maar hoe die mensen dan van ons gehoord hebben en of zij al eerder geweest zijn… Ik heb echt geen idee.”.

We praten even over de voordelen die het hebben van een klantenbestand voor hem zouden hebben. Frank zou dan niet alleen zijn gasten gericht kunnen uitnodigen voor speciale evenementen en/of kunnen informeren over nieuwtjes (zoals bijvoorbeeld een nieuw menu of gewijzigde openingstijden), maar hij zou – door meerdere gegevens van zijn gasten op te slaan – ook inzicht kunnen verkrijgen over waar zijn gasten vandaan komen, de frequentie van hun bezoek en de keuzes die verschillende klantgroepen maken bij het plaatsen van hun bestellingen. Vragen als ‘is mijn  kaart wel afgestemd op mijn doelgroep’ en ‘adverteer ik wel in de juiste media’, zou hij daarmee makkelijker kunnen beantwoorden.

Maar ondanks het feit dat Frank de voordelen van het hebben van een klantendatabase wel degelijk inzag, aarzelde hij toch ook. “Ik vind het gewoon niet chique om iedereen om een emailadres te vragen”, wierp hij tegen. “Maken veel van je gasten een reservering, voor ze komen?”, wilde ik weten. Dat was zo, aldus Frank. Zelfs ongeveer de helft van de gasten reserveerde van te voren. “Ok”, vroeg ik door, “hoe komen die reserveringen dan binnen?”. Dat bleek voor circa de helft telefonisch en voor de andere helft via de website. “Wat voor gegevens van de gast worden er bij het maken van een reservering gevraagd?”, vroeg ik. “Gewoon, een naam, het aantal personen, het tijdstip en een telefoonnummer”, antwoordde Frank. “Wel, wel: wat een mooi begin van een klantendatabase, zei ik lachend. Frank lachte mee: “En bij de reserveringen via de website vragen we zelfs een email-adres”, zei hij bijna trots.

Ons gesprek ging verder over de aanwezigheid van zijn restaurant op social media, zoals Facebook. Frank bleek ooit wel een Facebookpagina van zijn restaurant aangemaakt te hebben, maar daar deed hij verder eigenlijk niets mee. Hebben er wel eens mensen die pagina ‘geliked’, wilde ik weten. Frank bleek ruim tweehonderd volgers op Facebook te hebben. Omdat hij echter nooit wat aan zijn Facebook pagina veranderde, hoorden deze volgers nooit wat van zijn restaurant. Een gemiste kans!

We spraken verder over de kaart van het restaurant. Ik vroeg Frank of hij enig inzicht had in de winstgevendheid van de gerechten op de kaart. “Wat een term!”, wuifde Frank mijn vraag weg. “Het is hier een restaurant hoor, geen bank of zo!”. Ik gaf aan dat heel goed te snappen, maar er toch van overtuigd te zijn dat enerzijds sommige gerechten bij de gasten populairder zijn dan andere en dat het anderzijds meer kost om het ene gerecht te bereiden dan het andere. Wanneer Frank dat allemaal en kaart zou brengen, zou hij een kaart kunnen opstellen waarin de meest winstgevende en meest populaire gerechten het meeste aandacht krijgen. En misschien zou hij zelfs moeten overwegen om andere, dure en minder populaire gerechten te schrappen. Kortom, ik adviseerde Frank om eens te overwegen de kaart (zijn aanbod) eens af te zetten tegen de voorkeuren van zijn gasten (de vraag). En we hadden het er even over hoe goed de gemeenschap van volgers op Facebook zich ook zou lenen om bevraagd te worden over het menu.

Ons gesprek was dusdanig op stoom gekomen, dat we allebei voelden dat het nuttig zou zijn om het eens op een ander tijdstip rustig een vervolg te geven. En dat vervolg is er gekomen en heeft geleid tot het inrichten van een klantendatabase, het opzetten en uitvoeren van diverse strategische marketing campagnes en het introduceren van een zogenaamd ‘customer loyalty program’, waarbij de social media volop ingezet worden.

Wilt u hier meer over horen? Neem da contact op met marc@crmhow.com!

Data Integratie en Data-Driven CRM

De Customer Relationship Management (CRM) strategieën zijn ooit ontstaan uit het besef dat het werven van een nieuwe klant we 8 keer zo veel kost als het behouden van een bestaande klant, die hetzelfde omzet. In de huidige tijd, waarin een groot deel van de zaken online gedaan worden en het internet ervoor gezorgd heeft dat voor veel bedrijven de wereld hun afzetgebied is, is het behouden van klanten echter een stuk moeilijker geworden. Klanten zijn gewend te shoppen, voor iedere aankoop opnieuw en informeren zich liever via de social media dan via de geijkte marketing kanalen over producten en diensten.  En in een tijd waarin het moeilijker is de klant vast te houden, is het optimaal bedienen van die klanten natuurlijk belangrijker dan ooit. Het moet de klanten zo eenvoudig mogelijk gemaakt worden om zaken te doen met uw bedrijf, anders lopen ze net zo makkelijk naar een ander. Maar hoe maak je het een klant nu zo makkelijk mogelijk? Hoe zorg je dat je – ook bij het digitaal zakendoen, waarbij je de klant nooit face-to-face spreekt – toch voldoende relevant blijft voor de klant om hem te binden? Wel, één van de belangrijkste wapens waar bedrijven in deze strijd over kunnen beschikken is…  DATA. Hoe meer u weet over uw klanten en hun gedragingen, hoe beter u in staat bent om het hen naar de zin te maken en hoe beter u ook  vroegtijdig kunt ingrijpen wanneer een klant dreigt weg te lopen.

Wat dit betreft valt er gelukkig enig goed nieuws te melden: de hoeveelheid klantdata waarover bedrijven kunnen beschikken is vandaag de dag gigantisch, en groeit zelf exponentieel. De klanten vertellen u erg veel over zich zelf middels hun posts op de social media platforms, en veel van hun online gedragingen, zoals bijvoorbeeld hun klikgedrag tijdens een bezoek aan uw website, is goed meetbaar. En ook is de technologie om grote hoeveelheid data in een zeer rap tempo te kunnen analyseren voorhanden. Anders dan nog maar 5 tot 10 jaar geleden hoeven gegevens niet meer allemaal fysiek bijeengebracht te worden in dezelfde database om erover te kunnen rapporteren; de Big Data analyse tools kunnen werken met file systemen waarbij de data over tientallen databases verspreid is.

Helaas blijkt echter keer op keer dat wanneer een zelfde gegeven op twee of meer plekken, in verschillende systemen, opgeslagen wordt, dat dan het formaat van opslag ook anders is. Zo worden bijvoorbeeld in het ene systeem straatnaam en huisnummer in het zelfde veld opgeslagen, terwijl in het andere systeem er verschillende velden voor zijn. Wanneer je de data bij elkaar wilt brengen, bijvoorbeeld om er een gecombineerd overzicht van te maken, of om er data-driven-decison-engines op los te laten, zul je dus eerst een slag moeten maken om de gegevens dusdanig te transformeren, dat zij van het ene naar het andere systeem uitgewisseld kunnen worden.

Iets vergelijkbaars speelt ook ten aanzien van de uniciteit van gegevens. In verschillende bronsystemen kunnen immers verschillende ontdubbelcriteria zijn ingesteld. En zo kan het bijvoorbeeld voorkomen dat in systeem A meer Jan Janssens voorkomen dan in systeem B, omdat systeem A ontdubbeld op voornaam, achternaam en geboortedatum, terwijl systeem B alleen maar kijkt naar voor- en achternaam. Bij het koppelen van de gegevens tussen systeem A en B dient hier – door de koppeling zelf-  met intelligentie naar gekeken te worden, zodat er geen gegevens verloren gaan.

Gasten In De Horeca Zijn Ook Gewoon Klanten

“Heeft U wel eens gehoord van CRM?”, was de simpele vraag die ik in de afgelopen maanden aan wel vijftig horecaondernemers heb gesteld. Ik kreeg de meest creatieve antwoorden. Van “Champagne, Rioja en Moezel” tot “Croquetten, Ravioli en Muesli”. Ook het voormalige ministerie van “Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk” werd nog wel eens genoemd. Het was pas na twee maanden dat een Guy, een uit Frankrijk afkomstige, maar in Amsterdam werkzame, hotelier zei: “CRM? Dat staat toch voor Customer Relationship Management?”.

“Hehe”, dacht ik. “Eindelijk iemand die het weet”. En nadat ik Guy gecomplimenteerd met zijn goede antwoord, vertelde ik hem dat ik ervaren had dat haast geen van zijn horeca-collega’s bekend was met de term CRM. “Dat komt omdat één of andere gek ooit gezegd heeft dat wij in de horeca geen klanten maar gasten hebben”, meende Guy, om er vervolgens meteen aan toe te voegen: “maar dat is natuurlijk de grootst mogelijke onzin”. “Een hoer heeft klanten, wij hebben gasten, wordt er vaak gezegd, maar dacht je nou echt dat ik met mijn ervaring als customer service executive van een bank het zou redden als managing director van een groot hotel in het centrum van Amsterdam, als ik niet begreep dat al mijn hotelgasten ook mijn klanten zijn. Het is echt niet voldoende als ik iedereen die hier verblijft zich welkom en als vriend behandeld laat voelen. Ik moet er tevens voor zorgen dat die gast voldoende uitgeeft, dat ik hem relevante service biedt en dat ons team ervoor zorgt dat hij ofwel regelmatig terugkomt, ofwel ons hotel aanbeveelt aan anderen. Beide mag ook…”.

Guy biedt me een glas wijn van het huis aan, dat ik natuurlijk niet afsla. Even vraag ik mij af of hij dit doet omdat hij het leuk vindt om over het onderwerp CRM te praten, of omdat hij door nu iets aan te bieden hoopt dat ik langer blijf en zo uiteindelijk meer om zet… Veel tijd om daarover na te denken heb ik echter niet, want Guy vertelt uit zichzelf verder. “Toen ik nog bij de bank werkte heb ik het allemaal gezien”, zegt hij. In de jaren tachtig draaide alles om ons, om wat wij als bank bedachten. Het ene  beleggingsproduct was nog mooier dan het andere en ook leningen en hypotheken kregen de fraaiste namen en formules mee. Het was een volstrekte product focus. Maar toen we in de jaren negentig waren beland moest alles ineens heel anders. De klant moet in alles centraal gezet worden. Wilde die wel geld lenen maar niet aflossen? Dan regelden wij dat toch… Ja, het wordt snel een puinhoop hoor, als je de klant echt het middelpunt van alles laat zijn”. Guy lacht, maar zijn grimas verraadt dat hij ook pijnlijke herinneringen heeft aan die tijd. “Nou en toen kwam de éénentwintigste eeuw en draaide alles ineens om de relatie en de dialoog met de klant. Klanten moesten betrokken raken en er moest zoveel mogelijk één-op-één met de klanten gecommuniceerd worden.”. Hij blijft even nadenkend stil om dan vervolgens hoofdschuddend te vervolgen. “Ik zag de bank daarmee worstelen. Ze zagen niet in dat het omarmen van de digitale contactkanalen de enige optie was om relaties met zelfbewuste en zichzelf-informerende klanten aan te gaan. En toen ik een jaar of vijf geleden de direct-writers en de internet-only banken zag opkomen keek ik eens goed om me heen. En wat zag ik: een log gebouw vol marmer en protserigheid. Prachtig passend bij het product-centraal stellen van de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw, maar volstrekt kansloos in het digitale tijdperk. Ik moet hier weg, dacht ik”. Opnieuw valt hij even stil. “En dat heb je toen gedaan?”, vraag ik. “Ja”, antwoord Guy. “Toen ben ik volstrekt wat anders gaan doen, en hotelier geworden”.

“Nu zeggen ze vaak dat als je een goede manager bent, je dat moeiteloos in elke sector kunt zijn. Is dat ook jouw ervaring”, wil ik weten. “Of ik een goede manager ben moeten anderen maar beoordelen”, zegt Guy bescheiden, “maar wat ik wel zie is dat er ongelofelijk veel overeenkomsten zijn tussen de bank en de hotelwereld als het gaat om de manier waarop er met klanten omgegaan wordt. Als je zegt ‘wij hebben geen klanten, maar gasten’, dan stel je je eigen product, jouw restaurant, kroeg of hotel eigenlijk centraal. Jij hebt iets moois gemaakt, en je laat je klant daar als klant in rondwandelen. Klinkt goed, maar hoe weet je nou zeker dat wat jij gemaakt hebt wel wat de klant wil”. Guy gaat iets meer voorover zitten en zegt op bijna samenzwerende toon: “Ik zal je een voorbeeld geven. Toen ik hier aantrad waren er plannen om een grote nieuwe balie in de entree te plaatsen. Er was in de afgelopen jaren namelijk wel eens geklaagd over lange wachtrijen bij de receptie. Op zich natuurlijk prima dat ze daar wat aan wilden doen. Wat ze in mijn ogen echter fout deden, is dat ze weliswaar reageerden op klachten van klanten, maar de oplossing voor het probleem toch weel zelf bedacht hadden en niet aan de klanten voorgelegd. En ik geef toe: op zich leek de oplossing best logisch: een langere balie met ruimte voor een extra receptionist, zodat er bij drukte meerdere gasten tegelijk geholpen konden worden.  Ik heb echter de bouw van de nieuwe balie meteen on hold gezegd en een klantenpanel bij elkaar geroepen. Daar hebben we eens goed gekeken naar het incheck proces, en wat blijkt: klanten willen het liefst helemaal niet langs de balie. Toen zijn we gaan werken met e-kamer sleutels, waarop een QR-code staat. Gasten die gereserveerd hebben kunnen deze direct uitprinten en daarmee zelf hun kamerdeur openen. Veel van onze gasten ervaren dat als een verademing!”.

Guy en ik hebben die avond nog zeker een uur zitten praten over CRM in de horeca en zijn opvatting dat je van iedere gast moet realiseren dat hij een betalende klant is, die recht heeft op een goede en mooie tegenprestatie voor het geld dat hij bij je uitgeeft. Voor mij als consultant is er uit dit gesprek ook een mooie opdracht voortgekomen, waarbij ik met praktisch alle medewerkers van het hotel over klantvriendelijkheid en ‘customer experience’ heb mogen praten. In volgende afleveringen van deze blog daarover zeker meer!

 

 

 

 

Digital Transformation: de 4 P’s van de Marketing Mix vervangen door 7 M’s.

Het overal beschikbaar zijn van internet, gecombineerd met de mogelijkheden van sociale media en de opkomst van 3D-printing, zorgen ervoor dat verkoop- en marketing processen nu volstrekt anders lopen dan we in de afgelopen tientallen jaren gewend waren. Er is sprake van een zogenaamde ‘digitale transformatie’, waarbij geen van de traditionele vier P’s van de marketing mix (product, prijs, plaats en promotie) gespaard wordt.

Gaat u zelf maar na; hoe anders zien producten en diensten eruit als iedere huiseigenaar een potentiële Bed & Breakfast-aanbieder is, of iedere autobezitter via Ueber een mogelijke taxichauffeur. En in welke vorm zou bijvoorbeeld een lampenkap op de markt gebracht worden als iedereen straks een 3D-printer in huis heeft?

Het internet heeft van de hele wereld één grote markt gemaakt en de concurrentie overstijgt de vestigingsplaats of zelfs de landsgrenzen. En dus is het vanzelfsprekend dat de prijsstelling van producten en diensten ook op een volstrekt andere basis bepaald wordt dan voorheen.

In de winkelstraten zijn de gevolgen van de digitale transformatie overduidelijk zichtbaar. Winkels die er decennia lang gevestigd geweest zijn gaan over de kop en worden vervangen door afhaal- en servicepunten van webshops.

En ten aanzien van de vierde P uit de traditionele marketingmix, de P van promotie, geldt misschien nog wel de grootste verandering. Waar marketeers en verkopers voorheen vaak wegkwamen met, of misschien zelfs wel succesvol waren dankzij, mooie praatjes en plaatjes, zijn ‘dialoog’ en ‘authenticiteit’ de nieuwe sleutelwoorden. Een flyer, poster of website met een pakkende foto en een slimme slogan zijn niet meer genoeg om de huidige klanten te interesseren of tot een aankoop te bewegen. Recensies en reacties van andere klanten op de sociale media zijn veel belangrijker geworden dan de mooie praatjes van een verkoper. Marketing uitingen moeten niet meer lokkend, maar juist informatief zijn.

Over het algemeen kun je zeggen dat er bij de uitvoer van commerciële processen sprake is van een verschuiving van harde verkoop naar ondersteunende marketing. In  het digitale tijdperk heeft iedere klant zijn eigen timing en kiest hij zijn eigen pad over de digitale snelweg. Het is de taak van de digitale marketing om de (potentiële) klant vroegtijdig op zijn reis te herkennen en hem te volgen. En uiteraard om steeds daar te zijn met eerlijk en ter zake doend advies, als de klant daaraan toe is.

En de 4 P’s van de traditionele marketing mix? Wel, die zouden na de Digitale Transformatie vervangen moeten zijn door 7 M’s. De M’s van Merkdefinitie, Marketingplannen, Mooie websites, Mobiele applicaties, Mailings, Monitoren en Makkelijke Service. Pas wanneer deze 7 M’s geïmplementeerd zijn, zult u – ook na de digitale transformatie – meer verkopen. Alweer een M…

 

Bedien De DMU Leden In De Juiste Volgorde

Er zijn mensen die dol zijn op prijsonderhandelingen. Voor wie het afdingen op buitenlandse markten behoort tot de grootste vakantiegenoegens. En nou betaal ik natuurlijk ook liever minder dan meer, maar meestal betaal ik ofwel de vraagprijs, of ik loop weg als ik die te hoog vind. Als verkoper heb ik ook altijd geprobeerd te voorkomen om in prijsonderhandelingen terecht te komen. Ik heb altijd gevonden dat de klant aan wie ik iets wilde verkopen de door mij aangeboden producten of diensten dermate graag moest willen hebben, dat prijs eigenlijk ondergeschikt was aan hun verlangen naar wat ik aanbood. En nee, natuurlijk is mij dat niet altijd gelukt en ben ik soms toch ook terechtgekomen in ordinaire prijsonderhandelingen, maar vaak ook heb ik het weten te voorkomen door zo vroeg mogelijk in het verkoopproces zorgvuldig de Decision Making Unit (DMU) van de klant te analyseren en er dan voor te zorgen dat ik e diverse spelers in de juiste volgorde te spreken kreeg. Inkopers stonden voor mij daarbij altijd achter in de rij. Ik wilde altijd eerst met de business aan tafel. Met de mensen die mijn product of dienst daadwerkelijk zouden gaan gebruiken. Met de genen die er echt baat bij zouden hebben. En pas wanneer ik het gevoel had dat mijn product of dienst al aan hen verkocht was en als ik signalen kreeg die erop wezen dat zij ook daadwerkelijk bereid waren om zich binnen hun eigen organisatie hard te maken voor de aankoop van hetgeen ik wilde verkopen…, pas dan was ik bereid om met iemand van de afdeling inkoop te praten. En daarbij heb ik soms – min of meer voor de vorm – natuurlijk heus nog wel eens korting moeten geven, of iets van de prijs af moeten halen. Maar het is altijd minder geweest dan wanneer ik nog geen ‘buy-in’ van de business gehad zou hebben.

Mensen kopen van mensen, dat blijft altijd het geval, ook in de Business-to-Business (B2B) wereld. En in de meeste organisaties is er meer dan één persoon bij de aankoop van een product of dienst betrokken. Dat geldt ook in kleinere MKB-organisaties, heb ik gemerkt. Probeer dus altijd na te gaan wie er bij de organisatie aan wie je wilt verkopen allemaal betrokken zijn bij de aankoop en probeer in kaart te brengen hoe deze mensen elkaar bij het maken van hun beslissing beïnvloeden. En bepaal dan zorgvuldig de volgorde waarin je met deze mensen in gesprek gaat.